Een accountant werkt meer dan 15 jaar voor een ondernemer. Er werden jaarrekeningen voor de ondernemer samengesteld. Een belastingadviseur heeft ook werkzaamheden voor de ondernemer verricht. De belastingadviseur heeft in 2017 namens de ondernemer een melding gemaakt bij de Belastingdienst. Het betreft een melding vrijwillige verbetering van verzwegen (buitenlandse) inkomsten en/of vermogen. De accountant zou de ondernemer ten aanzien van de Belastingdienst gaan vertegenwoordigen. Er werd in dat kader een uurtarief en succes fee overeengekomen.
In 2018 heeft de accountant namens de ondernemer een verzoek ingediend bij de Belastingdienst ten aanzien van de inkeerregeling. Er werd aangifte gedaan van de belasten inkomsten in box 3 ten aanzien van de jaren 2008 tot en met 2016. De Belastingdienst heeft een aanslag opgelegd van 40.660 euro. Eind 2018 heeft de accountant een beroep gedaan op zijn succes fee voor een bedrag van 49.248,21 euro incl. BTW (dit komt neer op 40.701 euro excl. BTW).
Ondernemer stapt naar de rechter
De ondernemer is het niet eens met de declaratie van de accountant. De rechter heeft de vordering van de accountant afgewezen, omdat sprake zou zijn van dwaling. De overeenkomst werd vernietigd. De rechter vindt het aannemelijk dat de ondernemer de overeenkomst niet zou hebben gesloten als hij goed op de hoogte zou zij geweest.
Hoger beroep
De accountant was het niet eens met het oordeel van de rechter en besloot in hoger beroep te gaan. Uiteindelijk is een schikking getroffen waarmee de zaak aan een einde is gekomen.
Accountantskamer
De ondernemer had ook een zaak aangebracht bij de Kamer. De Kamer oordeelde dat de accountant niet heeft onderkend dat de afspraak omtrent resultaatafhankelijke beloning een bedreiging kan vormen voor het fundamentele beginsel van objectiviteit. Er zijn alvorens ook geen inschattingen gemaakt met de kans op succes. Daarom zou niet eerlijk en oprecht zijn gehandeld. Er is misbruik gemaakt van het vertrouwen dat de ondernemer in de accountant had. De accountant heeft niet ingezien dat zijn handelen mogelijk een inbreuk op de integriteit zou kunnen betekenen. De Kamer besloot een doorhaling van één maand op te leggen.
Hoger beroep
De accountant kon zich niet vinden in het oordeel van de Kamer. Bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven krijgt de accountant deels gelijk. De accountant heeft wel tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld ten aanzien van de beloning voor begeleiding ten aanzien van de fiscale inkeerregeling. Er zijn echter geen aanknopingspunten voor het handelen in strijd met het fundamentele beginsel van integriteit. Wel had de accountant zijn beloning op betere (niet gebrekkige) informatie moeten baseren, maar dit betekent nog niet dat sprake is van niet-integer handelen. Dat sprake zou zijn van misbruik, oneerlijkheid en onoprechtheid is niet vast komen te staan. Bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven wordt de doorhaling omgezet in een berisping.
Klik hier voor de volledige uitspraak.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of boekhouder. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 10+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant