Dit geschil speelde tussen Mevrouw C en haar echtgenoot en Financieel adviseur A. Financieel adviseur A heeft in december 2009 op verzoek van Mevrouw C bemiddeld over de totstandkoming van een hypothecaire geldlening van €266.250. Er is voor de diensten van Financieel adviseur A een vergoeding van 1% van het hypotheekbedrag overeengekomen en in het dienstverleningsdocument is vermeld dat Financieel adviseur A de ontvangen offerte zou controleren.
Op 21 januari 2010 heeft de Bank een offerte uitgebracht op verzoek van Financieel adviseur A. Dit betrof een offerte met een rentevaste periode van 10 jaar (hierna: “Eerste offerte”). Deze is door Mevrouw C op 8 februari 2010 ondertekend. Mevrouw C heeft vervolgens nog een aanvraag gedaan voor een aflossingsvrije lening met een variabel rentepercentage. Op 11 februari 2010 heeft Financieel adviseur A de getekende Eerste offerte naar de bank verstuurd. In het begeleidend schrijven is daarbij vermeld dat de “getekende offerte (met wijziging naar variabele rente…)” bijgaand werd verstuurd. Financieel adviseur A had op de getekende offerte handmatig wijzigingen aangebracht zodat de rentevaste periode werd omgezet naar een variabele rente.
Op 26 februari 2010 is door de Bank een nieuwe offerte (hierna: “Tweede offerte”) verstuurd. Mevrouw C heeft deze dezelfde dag nog ondertekend en verstuurd naar Financieel adviseur A. Financieel adviseur A heeft de Tweede offerte aan de bank geretourneerd waarna de akte op 18 maart 2010 is gepasseerd bij de notaris.
Getekende offerte blijkt onjuist te zijn
In oktober 2010 was de verwachting dat de rente weer zou gaan stijgen. Mevrouw C heeft vervolgens contact opgenomen met Financieel adviseur A op 29 oktober 2010 om de rente vast te zetten. Dit bleek niet mogelijk omdat in de Tweede offerte een rentevaste periode was overeengekomen van 10 jaar. De handgeschreven wijzigingen die Financieel adviseur A had aangebracht op de Eerste offerte waren dus niet doorgevoerd in de Tweede offerte. Financieel adviseur A heeft daarom op 5 november 2010 contact opgenomen met de Bank om te kijken of er nog iets mogelijk was voor Mevrouw C. Hierop liet de bank weten dat zij niets konden betekenen. Op 15 februari 2011 heeft Financieel adviseur A de situatie nogmaals voorgelegd aan de Bank. Hierbij heeft hij aangegeven dat alle partijen verantwoordelijk zijn voor de situatie en stelt daarom voor om het totale schadebedrag door drie te delen. Op 14 maart 2011 heeft de Bank dit standpunt overgenomen.
Mevrouw C heeft vervolgens bij het Kifid gevorderd, dat Financieel adviseur A wordt veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding. Deze bedraagt volgens haar het verschil tussen het huidige rentepercentage en het percentage waartegen de rente in november 2010 zou zijn vastgezet, maal de uitstaande schuld. Mevrouw C is van mening dat Financieel adviseur A tekort is geschoten in zijn zorgplicht door niet op te merken dat de Tweede offerte niet conform de aanvraag was.
Commissie: onjuiste offerte is ook een offerte
De Commissie is van oordeel dat er een fout is gemaakt en dat Mevrouw C daardoor schade lijdt. De fout is zowel door de Bank als door Financieel adviseur A gemaakt, maar ook Mevrouw C valt iets te verwijten omdat zij de offerte heeft getekend zonder deze te controleren op juistheid. De Commissie is van oordeel dat er geen sprake kan zijn van een onjuiste offerte, omdat dit alsnog een aanbod is waarvan het Mevrouw C vrij stond om dit al dan niet te aanvaarden.
Gelet op het bovenstaande en het feit dat Financieel adviseur A in zijn dienstverleningsdocument had opgenomen dat hij de offerte zou controleren, concludeert de Commissie dat de tekortkoming aan Financieel adviseur A is toe te rekenen. Zij acht hem aansprakelijk voor de door Mevrouw C geleden schade. Deze bedraagt bruto €13.312,50. Omdat Mevrouw C zelf ook deels verantwoordelijk was oordeelt de Commissie dat 30% van de schade op grond van artikel 6:101 lid 1 BW voor rekening van Mevrouw C blijft. Financieel adviseur A is dus tekortgeschoten in zijn zorgplicht en daardoor aansprakelijk voor 70% van de schade, wat neerkomt op een bedrag van €9.318,75.
Klik hier voor de volledige uitspraak.
Zorgplicht advocaten
Heeft uw financieel adviseur ook onzorgvuldig gehandeld of u niet of niet voldoende geïnformeerd over mogelijke risico’s en lijdt u als gevolg hiervan schade of dreigt u schade te gaan lijden, neem dan vrijblijvend contact met ons op. Klik hier voor contact.
Zie ook vergelijkbare uitspraken:
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant