In deze zaak verwijten de klagers dat de notaris informatie niet deelde, waardoor zij niet op tijd konden reageren. Ook vinden zij dat hij zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden.
Achtergrond van de zaak
Klager 1 is de vader van klaagster 2 en stiefvader van klager 3. Klager 3 is sinds april 2020 onder bewind gesteld en hij was eigenaar van een appartement met een hypotheek bij ING. In 2009 hebben klager 1 en klager 3 een koopovereenkomst gesloten. Hierbij kocht klager 1 het pand van klager 3. In januari 2020 gaf klager 3 een volmacht aan klager 1 om het pand te verkopen indien de hypotheek werd afgelost. Op 1 augustus 2022 werd het pand verkocht aan klaagster 2 voor €170.000,- en de notaris werd gevraagd om de overdracht te regelen. ING stelde een aflosnota van €18.000,- en klager 1 wilde de hypotheek niet doorhalen bij de overdracht.
. ING weigerde de overdracht zolang er geen aflossing plaatsvond. De notaris weigerde vervolgens om mee te werken aan te overdracht zonder de goedkeuring van ING. Hij was bang dat er sprake zou zijn van contractbreuk door klager 3 en de notaris richtte zich op het standpunt van de Hoge Raad die stelde dat de rechten van de hypotheekhouder zwaar wegen. Klager 1 en klaagster 2 spanden een kort geding aan om de notaris alsnog de overdracht te laten regelen. De klagers werden hierbij afgewezen door de rechter. Vervolgens dienden zij een klacht in bij de Kamer van het Notariaat.
Deze klacht werd ongegrond verklaard. In hoger beroep veranderde er niet veel aan het oordeel. Op 2 juni 2023 werden er nieuwe documenten verstrekt aan de notaris waaronder een opheffing van het bewind en verklaringen die de bezwaren van ING mogelijk konden wegnemen. Toen de notaris ING hiernaar vroeg weigerde ING. Twee maanden later vond de overdracht alsnog plaats.
De klacht
De klagers verwijten de notaris dat hij onvoldoende onderzoek deed naar de nieuwe feiten en dat hij de e-mail van ING niet heeft gedeeld met hen waarin de bezwaren tegen de levering stonden. De klagers stellen dat zij hierdoor niet op tijd konden reageren. Verder stellen ze dat de notaris zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden door contact op te nemen met ING. Tot slot beweren de klagers dat de notaris zich partijdig gedroeg.
De beoordeling
De Kamer oordeelde dat de notaris wel voldoende onderzoek had gedaan en verklaart dit onderdeel van de klacht ongegrond. De Kamer oordeelde dat de mail gedeeld had moeten worden met de klagers en door het niet tijdig delen hiervan konden de klagers niet op tijd contact opnemen. Dit onderdeel wordt gegrond verklaard. Er wordt geoordeeld dat er geen schending was van de geheimhoudingsplicht en dat het noodzakelijk was ING op te hoogte te stellen. Dit onderdeel wordt ongegrond verklaard.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant