Betrokkene is als openbaar accountant-administratieconsulent verbonden aan Accountantskantoor1. Klaagster is de dochter van de op 21 augustus 2012 overleden mw. A, die haar financiële zaken jarenlang liet behartigen door haar zoon dhr. B en door mw. C, een medewerkster van het kantoor van betrokkene. De erfenis valt in een stichting, waarvan het bestuur wordt gevormd door klaagsters broer B, haar zuster mw. D en de medewerkster van het kantoor van betrokkene mw. C. Genoemde broer van klaagster is tevens executeur.
Klaagster heeft bedenkingen over het financiële reilen en zeilen van haar moeder tijdens haar leven, althans over haar gebrek aan inzicht daarin, en over de afwikkeling van de erfenis van haar moeder.
Klaagster verwijt betrokkene in strijd met verschillende fundamentele beginselen te hebben gehandeld. Deze klacht is gebaseerd op de volgende verwijten:
- de afhandeling van de nalatenschap, waaronder het niet beantwoorden van brieven;
- het hanteren van extreem hoge WOZ-waarden in 2010;
- het onjuist vermelden van verkoopopbrengsten van de panden in de rekening en verantwoording;
- het ondeskundig afhandelen van het bezwaarschrift WOZ-waarde na het overlijden van mw. A, namelijk uitgaan van hogere getaxeerde waarde, terwijl de gemeente op bezwaar al op een lagere waarde uitkwam;
- het ongefundeerd verhogen van de WOZ-waarde van de panden voor het overlijden van moeder (ondanks jarenlange bezwaren tegen absurd hoge waardes ging het kantoor van betrokkene daarmee door).
Beoordeling
Betrokkene heeft aangegeven zelf maar tweemaal bemoeienis met de zaken van deze cliënt van zijn kantoor te hebben gehad. Klaagster heeft dit niet betwist. Beantwoord dient daarom te worden of en, zo ja, in hoeverre betrokkene tuchtrechtelijk verantwoordelijk is te achten voor het in de klacht omschreven handelen van zijn voormelde kantoorgenoten in de onderhavige zaak. Er is pas sprake van een dergelijke verantwoordelijkheid als er enig vaktechnische betrokkenheid heeft plaatsgevonden. Dat betrokkene in enigerlei zin feitelijk betrokken is geweest bij het door klaagster gewraakte handelen, is, behoudens door het in het geding brengen van de verklaring van 25 februari 2013, niet gesteld. Nu ook anderszins de tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid van betrokkene voor bedoeld handelen niet is gebleken of aannemelijk geworden wordt de klacht ongegrond worden verklaard.
Klik hier voor de volledige uitspraak.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of boekhouder. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant