Deze zaak betreft een hypothecair leningstraject, waarbij de consument een nieuwe woning wilde aankopen en de adviseur haar zou bijstaan. De consument heeft geklaagd over het verstrekte onjuist advies en de mededelingen van de adviseur. Deze klacht richt zich op het feit dat de adviseur verkeerde informatie heeft gegeven en geen passend advies heeft verstrekt, wat resulteerde in een schending van de zorgplicht van de adviseur jegens de consument.
Onjuist advies
Eind 2022 raakte de consument in contact met de adviseur, met de intentie om haar huidige woning te verkopen en een nieuwe woning aan te schaffen. De adviseur zou haar adviseren en bemiddelen bij het verkrijgen van een nieuwe hypothecaire lening. Gedurende het proces had de consument herhaaldelijk contact met de adviseur, waarbij ze haar voorkeuren duidelijk maakte: ze wenste geen eigen middelen in te brengen en wilde dat haar maandelijkse lasten niet hoger zouden zijn dan €800,-.
Op basis van advies van de adviseur, waarin werd vermeld dat ze €290.000,- tot €300.000,- kon bieden zonder spaargeld in te leggen, deed de consument in februari 2023 een bod van €290.000,- op een woning, met geleend geld van een vriendin. Dit bod was gebaseerd op de toezegging van de adviseur dat ze in mei een bedrag van ongeveer €21.000,- zou ontvangen uit de verkoop van haar oude woning. Ze vertrouwde erop dat dit geld zou helpen om de hypotheeklasten te verlagen.
Echter, nadat het bod was geaccepteerd, bleek uit een financieel rapport van de adviseur dat de consument €9371,- aan eigen middelen moest inbrengen en dat haar maandlasten hoger zouden zijn dan gewenst. Ook bleek dat de toezegging over het bedrag uit de verkoop van haar oude woning niet klopte. De consument diende geen €21.000,- te ontvangen zoals was toegezegd.
Klacht
De consument klaagt over de adviezen en mededelingen van de adviseur, waarbij zij stelt dat de adviseur zijn zorgplicht jegens haar heeft geschonden. Ze zou het bod op de woning niet hebben uitgebracht als ze had geweten dat ze geen €21.000,- zou ontvangen en bovendien haar spaargeld zou moeten inleggen.
Juridisch kader
De commissie dient te beoordelen of de adviseur zijn zorgplicht jegens de consument heeft geschonden.
Ten eerste oordeelt de commissie dat het vaststaat dat de consument de adviseur heeft benaderd met de wens een nieuwe hypothecaire lening af te sluiten en dat er tussen hen sprake is van een overeenkomst van opdracht in de zin van artikel 7:400 Burgerlijk Wetboek.
Als uitgangspunt geldt vervolgens dat de adviseur op grond van artikel 7:401 BW ten opzichte van de consument de zorg dient te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht. Van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht dat hij beschikt over de nodige deskundigheid en vakkennis, dat hij de financiële belangen van zijn cliënten naar beste weten en kunnen behartigt en dat hij zorgvuldigheid betracht in de advisering van zijn cliënten. De adviseur is daarbij gehouden informatie in te winnen bij de cliënt omtrent diens kennis en ervaring, wensen, doelen, risicobereidheid en mogelijkheden teneinde zich ervan te verzekeren dat de door hem te verstrekken adviezen passend zijn gelet op de wensen en mogelijkheden van de cliënt.
Van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag voorts worden verwacht dat hij zijn cliënten zodanig informeert over de aard van het product en de risico’s van hun keuzes, dat de cliënten vóór het sluiten van een hypothecaire geldlening een weloverwogen beslissing kunnen nemen. Uiteindelijk dient een hypotheekadvies, met het oog op alle omstandigheden van het geval, passend te zijn.
Adviseur heeft zorgplicht geschonden
De consument heeft geklaagd dat de adviseur haar onjuiste informatie heeft verstrekt en geen passend advies heeft gegeven. De adviseur had haar medegedeeld dat ze €21.000,- zou ontvangen uit de verkoop van haar oude woning, wat later onjuist bleek te zijn. Daarnaast heeft de adviseur geen rekening gehouden met de wensen van de consument om geen spaargeld te hoeven inleggen en haar maandlasten onder €800,- te houden.
De commissie stelt vast dat de adviseur deze stellingen van de consument niet voldoende heeft betwist en dat hij het verweer dat hij daartegen voert onvoldoende onderbouwt. De adviseur heeft geen enkel stuk overgelegd waaruit het tegendeel van de stellingen van de consument blijkt. De commissie gaat er derhalve vanuit dat de consument aan het begin van het adviestraject haar wensen kenbaar heeft gemaakt aan de adviseur en dat de adviseur bepaalde foutieve toezeggingen heeft gedaan zoals door de consument gesteld.
De commissie is van oordeel dat de adviseur hiermee niet heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht. Hij heeft geen passend advies verstrekt aan de consument en onjuiste mededelingen gedaan waardoor de consument geen weloverwogen beslissing heeft kunnen nemen voorafgaand aan het afsluiten van de hypothecaire geldlening. De commissie oordeelt dat de adviseur zijn zorgplicht jegens de consument heeft geschonden.
Klik hier voor de volledige uitspraak van de Geschillencommissie Kifid.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u schade geleden als gevolg van de schending van de zorgplicht van uw financieel adviseur? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant