Bureau Financieel Toezicht (hierna: BFT) heeft klachten ingediend naar aanleiding van meldingen van de Belastingdienst. De klachten betreffen de onzorgvuldigheid van de notarissen.
Het procesverloop
De notaris heeft in 2017 een akte gepasseerd tot levering van aandelen. Bij deze transactie waren onder meer de heren Y en X betrokken als respectievelijk tussenpersoon en koper. De Belastingdienst heeft op 8 mei 2017 een mededeling gedaan aan het BFT als bedoeld in artikel 111c Wet op het notarisambt (hierna: Wna).
De kandidaat-notaris heeft in 2018 als waarnemer van de notaris een akte gepasseerd tot levering van aandelen aan Y. Op 2 november 2018 heeft de kandidaat-notaris als waarnemer van de notaris een akte gepasseerd tot levering van aandelen aan een besloten vennootschap die werd vertegenwoordigd door X. De notaris heeft op 13 december 2018 een akte gepasseerd tot levering van aandelen. Naast de genoemde akten heeft de kandidaat-notaris in 2018 (tweemaal) en in 2019 (driemaal) als waarnemer van de notaris akten gepasseerd waarbij Y en/of X betrokken waren. De Belastingdienst heeft op 21 januari 2019 een mededeling gedaan aan het BFT als bedoeld in artikel 111c Wna.
Na het passeren van de laatste akte hebben de notarissen gezien dat X, die op dat moment 75 jaar was, voor het notariskantoor in een opvallende auto werd opgehaald door een naar hun zeggen “dubieuze” partij. Dat heeft voor hen aanleiding gevormd om een verscherpt cliëntenonderzoek in te stellen naar X en Y.
Meldingen aan de FIU-Nederland
De notarissen hebben op 15 en 28 februari 2019 bij de Financial Intelligence Unit Nederland (hierna: FIU-Nederland) drie meldingen gedaan van ongebruikelijke transacties in de zin van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (hierna: Wwft) waarbij Y en/of X rechtstreeks betrokken was/waren.
De kandidaat-notaris heeft op 21 februari 2019 als waarnemer van de notaris een akte gepasseerd tot levering van aandelen. In verband met deze aandelenoverdracht hebben de notarissen op 27 februari 2019 bij FIU-Nederland een melding gedaan van een ongebruikelijke transactie. Op 12 augustus 2019 heeft het BFT van de Belastingdienst opnieuw een mededeling ontvangen als bedoeld in artikel 111c Wna.
Naar aanleiding van de genoemde drie mededelingen van de Belastingdienst heeft het BFT de notarissen op 26 september 2019 bericht dat het op basis van zijn toezichthoudende taak als omschreven in artikel 110 lid 1 Wna een onderzoek zou instellen naar hun handelwijze. Het BFT heeft het onderzoek afgesloten op 8 september 2020 en heeft de conceptrapportages op die datum aan de notarissen gestuurd. Bij brieven van 17 december 2020 heeft het BFT de definitieve rapporten aan de notarissen gestuurd.
De klachten
De klachten gaan over de wijze waarop de notaris en de kandidaat-notaris invulling hebben gegeven aan hun functie van poortwachter bij het passeren van vijf akten van levering van aandelen in de periode van januari 2017 tot en met februari 2019. De klachten tegen de notaris en de kandidaat-notaris zijn inhoudelijk identiek en bestaan uit de volgende vier klachtonderdelen, waarbij het BFT hen de volgende verwijten maakt:
– Schending van de onderzoeksplicht op grond van artikel 17 Wna;
– Overtreding van de verplichting tot een cliëntenonderzoek op grond van artikel 3 jo. 8 Wwft;
– Schending van de plicht tot dienstweigering op grond van artikel 21 Wna;
– Overtreding van de meldingsplicht op grond van artikel 16 Wwft.
De beoordeling van de Kamer
De kamer is van oordeel dat van de notarissen mocht worden verwacht dat zij er ten tijde van de behandeling van de onderzochte dossiers mee bekend waren dat aandelenoverdrachten in verband met de mogelijkheid van (faillissements)fraude en witwassen naar hun aard een subjectieve risico-indicator vormden als bedoeld in de Wwft en dat er voor het notariaat handleidingen en leidraden beschikbaar waren in verband met de uitvoering van die wet.
In 2019 is een akte van aandelenoverdracht gepasseerd voor een koopsom van € 1,00, terwijl zulke overdrachten voor een symbolisch bedrag van € 1,00 al vanaf 2014 met zoveel woorden werden genoemd als praktijkvoorbeeld van een ongebruikelijke transactie. Bovendien had de betrokken onderneming een negatief eigen vermogen, was er sprake van spoed bij het passeren van de akte en kwamen de aandelen met terugwerkende kracht voor rekening. Dat zelfs die transactie geen aanleiding heeft gevormd om “de alarmbellen te doen afgaan”, bevestigt de kamer in haar oordeel dat de notarissen zich destijds onvoldoende bewust waren van de (zorgvuldigheids)eisen die op grond van de Wna en de Wwft aan hen werden gesteld.
De notarissen hebben weliswaar gesteld dat zij altijd al extra zorgvuldig waren bij de behandeling van aandelenoverdrachten, dat zij destijds voldoende onderzoek hebben verricht en dat er voor hen geen aanleiding was voor gerede twijfel aan de goede bedoelingen van hun cliënten, maar in verband met de hiervoor weergegeven aandachtspunten bij aandelenoverdrachten zijn deze stellingen naar het oordeel van de kamer moeilijk te verenigen.
De beslissing van de Kamer
De Kamer verklaart de klachten gegrond. Om deze reden legt de Kamer aan zowel de notaris als de kandidaat-notaris de tuchtmaatregel van een waarschuwing op.
Hier kunt u de gehele uitspraak van de Kamer voor het Notariaat lezen.
Zorgplicht advocaten
Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of boekhouder. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 10+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant