Uitspraak: Klacht over accountant omdat hij een gesprek met klager zou weigeren

Klager is eigenaar van X Bestrating, een onderneming die zich bezig houdt met grond-, weg-, en waterbouw. Sinds medio 2014 verzorgde het accountantskantoor de administratie van klager en deed het kantoor elk kwartaal de aangiften omzetbelasting en jaarlijks de aangifte inkomstenbelasting. De opdracht is alleen mondeling overeengekomen.

In de jaren dat het accountantskantoor werkzaamheden voor klager verrichtte, zijn er meermalen problemen geweest met de belastingdienst.

Op 18 februari 2019 heeft klager het accountantskantoor laten weten niet tevreden te zijn over de dienstverlening en de doorlopende opdracht per direct stop te zetten. Omdat klager drie facturen nog niet had betaald is een betalingsregeling getroffen.

Betrokkene heeft volgens klager gehandeld in strijd met de voor hem geldende gedrags- en beroepsregels. Klager verwijt betrokkene het volgende:

  • klager heeft meermalen verzocht om een adviesgesprek, maar dat heeft desondanks nooit plaatsgevonden;
  • er is nooit overleg geweest over het aanpassen van voorlopige aanslagen, wat heeft geleid tot zeer hoge aanslagen, betalingsregelingen en financiële problemen;
  • klager kreeg vrijwel nooit kopieën van de boekhouding en van zijn aangiften;
  • klager heeft meermalen verzocht om toezending van stukken uit periodes waarvan de facturen al waren betaald; toch kreeg hij hiervoor ook facturen;
  • over de jaren 2014-2016 zijn geen suppletieaangiften ingediend.

De beoordeling

Ten aanzien van het eerste klachtonderdeel stelt betrokkene dat er altijd ruimte was voor een gesprek. Uit het door betrokkene overgelegde overzicht van werkzaamheden die voor klager zijn uitgevoerd blijkt naar het oordeel van de Accountantskamer dat klager is uitgenodigd voor besprekingen en dat met hem meermalen telefonisch overleg heeft plaatsgevonden. Het eerste klachtonderdeel is ongegrond.

Ook heeft betrokkene aangegeven dat er meermaals overleg is geweest over de aangiften inkomstenbelasting. Volgens betrokkene is het tweede klachtonderdeel dan ook ongegrond. Dat daarvan sprake was blijkt wel uit het feit dat het accountantskantoor de belastingdienst namens klager gedurende een aantal jaren om uitstel van betaling en gespreide betaling heeft verzocht. De Accountantskamer gaat hierin mee. Het klachtonderdeel is ongegrond.

Ten aanzien van het derde klachtonderdeel is betrokkene van mening dat klager elk jaar stukken van het kantoor kreeg, hij wijst hierbij naar uitdraaien van het boekhoudpakket en de aangiften omzetbelasting. Ook het derde klachtonderdeel heeft klager niet nader onderbouwd, waardoor het klachtonderdeel ongegrond is.

Ook het vierde klachtonderdeel is ongegrond. De klacht ziet op werkzaamheden die zijn verricht toen de opdracht al was beëindigd. Op de zitting is de Accountantskamer gebleken dat het gaat om stukken die klager bij het accountantskantoor heeft opgevraagd nadat hij de opdracht had beëindigd. Een aantal facturen van het accountantskantoor had klager op dat moment nog niet voldaan. Voor het verstrekken van die stukken zijn kosten in rekening gebracht door het accountantskantoor. De Accountantskamer is van oordeel dat het niet onredelijk is dat de accountant voor het uitvoeren van werkzaamheden die niet vallen onder een opdracht een kostenvergoeding in rekening brengt. In een tuchtrechtelijke procedure kan alleen met succes over declaraties worden geklaagd indien een accountant bij het opstellen en indienen van de declaraties zodanig in strijd met de van hem te verlangen zorgvuldigheid, integriteit of professionaliteit heeft gehandeld dat daardoor een schending de Wet op het accountantsberoep bepaalde aan de orde is. Dit is niet het geval.

Ook het laatste klachtonderdeel is ongegrond. Betrokkene heeft daarover in de eerste plaats opgemerkt dat het de belastingplichtige zelf is die verplicht is deze aangiften te doen. Ook heeft betrokkene verklaard dat het kantoor elk jaar de aangiften omzetbelasting voor klager opstelde en die naar hem toestuurde. Klager hoefde ze alleen nog maar te tekenen en in te dienen. Op de zitting heeft klager gezegd dat hij wel eens wat heeft getekend, maar eigenlijk niet meer weet wat. Hoe het zat met de suppletieaangiften was hem niet bekend. De Accountantskamer oordeelt dat het indienen van de aangiften een verantwoordelijkheid is van de belastingplichtige zelf. Klager had dus zelf deze verantwoordelijkheid.

De klacht wordt ongegrond verklaard.

Lees hier de hele uitspraak.

Zorgplicht Advocaten

Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of boekhouder. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.

Rob Silvertand

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Rob Silvertand

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant