
De inmiddels overleden tante S was getrouwd met de overleden oom G. Tante S en oom G hadden geen kinderen. Tante S heeft op 25 juli 2016 een testament opgemaakt. In het testament is de heer E tot erfgenaam benoemd. Na het overlijden van tante S is er meerdere malen contact geweest tussen de notaris en de advocaat van klaagster. Op 19 mei 2020 zijn twee woningen van oom G en tante S overgedragen aan E.
De klacht
Klaagster stelt dat de notaris onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de wilsbekwaamheid van tante S ten tijde van het passeren van het testament. Er waren volgens klaagster meerdere indicatoren dat tante S niet meer wilsbekwaam was en werd beïnvloed door E. Daarnaast stelt klaagster dat de notaris onvoldoende antwoord heeft gegeven op haar vragen en zijn, ondanks de klachten van klaagster, in opdracht van de notaris de twee panden overgedragen aan E.
De beoordeling
Het eerste klachtonderdeel ziet op het onderzoek naar de wilsbekwaamheid. Het derde klachtonderdeel ziet op het overdragen van de panden aan E. Deze twee klachtonderdelen worden gezamenlijk behandeld. De kamer is ten aanzien van deze klachtonderdelen van oordeel dat klaagster niet als belanghebbende kan worden aangemerkt. Klaagster is namelijk geen erfgenaam van Tante S en is niet als testamentair erfgenaam benoemd door tante S. Het feit dat klaagster zich emotioneel verbonden voelt onvoldoende om in tuchtrechtelijke zin aangemerkt te worden als belanghebbende. Het eerste en derde klachtonderdeel zijn dus niet-ontvankelijk.
Het tweede klachtonderdeel, dat ziet op het onbeantwoord vragen van klaagster door de notaris, wordt ongegrond verklaard. De kamer overweegt dat de notaris terecht heeft aangevoerd dat hij vanwege zijn geheimhoudingsplicht niet alle vragen van klaagster kon beantwoorden. De notaris heeft dit ook aan klaagster aangegeven. Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris binnen de grenzen van zijn geheimhoudingsplicht de vragen van klaagster voldoende beantwoord. Dat klaagster na de reactie van de notaris nogmaals vragen stelde en de notaris hier niet meer op heeft gereageerd, verdient wellicht aan de zijde van de notaris niet de schoonheidsprijs, maar levert geen tuchtrechtelijk verwijt op.
De beslissing
De kamer voor het notariaat verklaart het eerste en het derde klachtonderdeel niet-ontvankelijk en het tweede klachtonderdeel ongegrond.
Lees hier de hele uitspraak.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u een geschil met uw notaris over de vraag of hij/zij de benodigde vakbekwaamheid, zorgvuldigheid en deskundigheid in acht heeft genomen bij de uitvoering van zijn/haar werkzaamheden? Neem dan hier contact op met een van de gespecialiseerde advocaten van Zorgplicht Advocaten.

Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant