In deze zaak hebben consumenten een klacht ingediend tegen een financieel adviseur wegens het verlopen van een rentevoorstel tijdens het proces van het verkrijgen van financiering voor een nieuwbouwwoning. De klacht draait om het tekortschieten van de adviseur in het bewaken van de geldigheid van het rentevoorstel en het tijdig aanleveren van benodigde documenten.
Het rentevoorstel
In mei 2021 namen de consumenten contact op met een adviseur om advies en bemiddeling te krijgen bij het afsluiten van een hypotheek voor de aankoop van een kavel en de bouw van een woning. De adviseur heeft in september aangegeven dat de consumenten een offerte van een aannemer, het koopcontract van de kavel en een meewerklijstje dienen aan te leveren, om een hypotheekaanvraag te kunnen doen.
De consumenten hebben in oktober bericht dat zij een offerte van een aannemer hebben. De adviseur heeft daarop voorgesteld het traject voor een hypotheekaanvraag in gang te zetten en de consumenten verzocht de offerte van de aannemer en een meerwerklijst op te sturen zodat hij een voorstel kon opmaken.
In november 2021 heeft een geldverstrekker een rentevoorstel uitgebracht. Het rentevoorstel was geldig tot 6 januari 2022. Voor deze datum diende er een aantal benodigde documenten aan de geldverstrekker te worden verstrekt.
Ondanks herhaaldelijk contact tussen de consumenten en de adviseur, slaagden ze er niet in om de financiering rond te krijgen, aangezien het rentevoorstel was verlopen.
Uiteindelijk besloten de consumenten in april 2022 de overeenkomst met de adviseur te ontbinden en een andere adviseur in te schakelen. Dit leidde echter niet tot succes bij het vinden van financiering voor de nieuwbouwwoning. In december 2022 kozen de consumenten ervoor om de kavel te verkopen vanwege de hoge bouwkosten.
Klacht
De consumenten stellen dat de adviseur toerekenbaar is tekortgeschoten in de naleving van zijn zorgplicht. Zij stellen dat de adviseur heeft verzuimd namens de consument tijdig op het rentevoorstel in te gaan. Het is zijn taak op de geldigheidsduur van het rentevoorstel in de gaten te houden en de juiste stukken tijdig op te vragen. De consumenten hebben hierbij meermaals gevraagd of hij over alle benodigde gegevens beschikte. De adviseur heeft telkens aangegeven dat het goed verliep en dat er op dat moment geen extra stukken nodig waren. Pas na 6 januari 2022 heeft de adviseur aangegeven het klantportaal voor hen open te zetten voor het aanleveren van stukken. Als de adviseur voor 1 maart 2022 had aangegeven dat de financiering niet mogelijk was, dan hadden de consumenten de kavel nog terug kunnen geven zonder consequenties. Door gestegen rente is het bouwen van een huis te duur geworden en waren de consumenten genoodzaakt de kavel te verkopen. Hierdoor lopen zij gunstige hypotheeklasten mis en hebben zij onnodig kosten gemaakt.
Juridisch kader
De commissie dient te beoordelen of de adviseur door het verlopen van het rentevoorstel zijn zorgplicht heeft geschonden en gehouden is de gevorderde schade te vergoeden.
Ten eerste staat vast dat tussen partijen een overeenkomst van opdracht tot stand is gekomen zoals bedoeld in artikel 7:400 Burgerlijk Wetboek. Volgens artikel 7:401 Burgerlijk wetboek dient een adviseur als opdrachtnemer de zorg van een goed opdrachtnemer in acht te nemen. Dit houdt in dat de adviseur bij de uitvoering van de opdracht de zorg moet betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht. Als uitgangspunt geldt dat van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht dat hij de voortgang van een aanvraag bewaakt en de tijdlijnen in de gaten houdt.
Schending van de zorgplicht
De commissie stelt vast dat de adviseur heeft erkend dat hij de geldigheidsduur van het rentevoorstel niet goed in zijn systeem heeft geregistreerd, waardoor hij geen signalering heeft gekregen om actie te ondernemen voor het verlopen van het rentevoorstel. Daarmee staat vast dat de adviseur niet heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht. De adviseur is toerekenbaar tekortgeschoten in de naleving van zijn zorgplicht jegens de consumenten.
Geen verband tussen de fout en de schade
De commissie oordeelt dat de gevorderde schadevergoeding door de consumenten niet in aanmerking komt. Hoewel de adviseur tekortschoot door de geldigheid van het rentevoorstel niet goed te bewaken, is het onzeker of de consumenten de benodigde financiering zouden hebben gekregen zelfs als alle documenten tijdig waren ingediend. Daardoor ontbreekt het vereiste verband tussen de tekortkoming en de geclaimde schade, zoals hogere hypotheeklasten, te veel betaalde rente voor de kavel, makelaarskosten en architect kosten. Ook de kosten voor het inschakelen van een andere hypotheekadviseur worden niet vergoed, aangezien de adviseur probeerde zijn fout te herstellen.
Klik hier voor de volledige uitspraak van de Geschillencommissie Kifid.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u schade geleden als gevolg van de schending van de zorgplicht van uw financieel adviseur? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant