Uitspraak: Berisping in twijfel getrokken door de accountant

In een recente uitspraak heeft de accountantskamer een klacht tegen een accountant gegrond verklaard nadat deze een rapport moest opstellen.

Achtergrond van de zaak

Een accountant kreeg een opdracht van [naam 4] B.V., deze werd vertegenwoordigd door [naam 5]. De opdracht bestond uit het onderzoeken van de manier van doorbelasting van omzetten en kosten tussen [naam 6] B.V. en [naam 7] B.V.

Twee partijen willen een online gokbedrijf oprichten waarbij zij gebruik maken van al bestaande online-gokwebsites. In 2015 starten zij hiermee en creëren twee b.v.’s om dit mogelijk te maken. Er ontstaat een verschil in inzicht over de exploitatie en een van de aandeelhouders klaagt over onvoldoende inzicht en dat er wordt gefraudeerd door de andere aandeelhouder. De accountant kreeg hierna opdracht een rapport op te stellen.

Op 15 oktober 2019 bracht de accountant rapport uit van de feitelijke bevindingen. Deze was voornamelijk gericht op het verduidelijken van uitingen over onderlinge doorbelastingen en de naleving van de gemaakte afspraken. In 2017 verkocht [naam 7] het grootste deel van de advertentieruimte via geautomatiseerde platformen zoals Google. De boekhouding van deze verantwoord ook de koersverschillen en de informatie wordt dagelijks geüpdatet. De accountant selecteerde 25 transacties uit een totaal van 87.753 en kwam tot een betrouwbaarheidspercentage van 95%. De conclusie van zijn onderzoek was dan ook dat er geen afwijkingen werden gevonden in de werking van de interne beheersmaatregelen.

Er wordt vervolgens een klacht ingediend over de accountant. Het rapport zou niet inzichtelijk maken waarop de bevindingen zijn gebaseerd. Ook zou de opdrachtovereenkomst niet correct tot stand zijn gekomen en verder zouden de bewoordingen en conclusies in het rapport suggereren dat een mate van Assurance die niet past bij een rapport van feitelijke bevindingen is aangehouden. De accountantskamer verklaart het eerste en derde punt gegrond en de accountant wordt berispt. De accountant gaat in hoger beroep.

De beoordeling

Het College bevestigd dat de accountant de uitgevoerde werkzaamheden en feitelijke bevindingen onvoldoende gedetailleerd heeft beschreven, ook in het licht van door wie het rapport gebruikt kan worden, wat ook meerdere partijen betreft. Het verwijt dat het rapport niet inzichtelijk maakt waarop de bevindingen zijn gebaseerd wordt dan ook gegrond verklaard. De accountant stelt verder dat zijn rapport geen misleidende woorden bevat en gebruikers niet in verwarring brengt. Hij geeft aan dat hij alleen feiten rapporteerde en geen conclusies trok die Assurance impliceren.

Het college stelt dat de terminologie die hij gebruikt heeft lijkt op die van een controle opdracht, wat niet passend is. Ook is er een deel van het rapport wat onterecht de suggestie wekt dat er geen afwijkingen zijn, wat een onjuiste mate van zekerheid creëert. Dit verwijt is dus ook terecht gegrond verklaard. Tot slot vindt de accountant de berisping disproportioneel en wijst op eerdere gevallen waar een lichtere maatregelen werd opgelegd, hij geeft aan dat het rapport die aan derden verstrekt mocht worden zonder toestemming. Het college geeft aan dat de accountant de essentiële normen niet heeft nageleefd en dat de maatregel passend is wegens schending van het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid.

Zorgplicht advocaten

Transparantie en zorgvuldige rapportages opgesteld op de manier waarop het hoort zijn van groot belang voor de maatschappij. Heeft u problemen op dit gebied en heeft u hulp nodig? Neem dan contact op met een van onze gespecialiseerde advocaten.

Rob Silvertand

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Jamiro van de Wiel

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant