In deze zaak heeft de consument de adviseur aansprakelijk gesteld voor vermeende schendingen van zijn zorgplicht bij het verkrijgen van een hypothecaire lening. De klacht lag hierbij in het niet tijdig of niet compleet indienen van aangeleverde stukken aan de hypotheekverstrekker en het maken van een onjuiste inventarisatie van de situatie van de consument door de adviseur.
Achtergrond van de zaak
In januari 2022 heeft de consument de adviseur benaderd voor advies en bemiddeling bij het verkrijgen van een hypothecaire lening voor de verbouwing van een woning. De adviseur heeft vervolgens een renteaanbod aangevraagd bij een hypotheekverstrekker. Het aanbod omvatte twee leningdelen: een annuïteitenhypotheek en een aflossingsvrije hypotheek, elk met een rente en looptijd van dertig jaar. Het aanbod was geldig tot en met 28 april 2022.
Na het verstrekken van documenten door de consument en herhaaldelijk contact met de adviseur over de status van de hypotheekaanvraag, heeft de adviseur op 21 juni 2022 per e-mail laten weten dat de aanvraag wordt stopgezet. Dit terwijl de hypotheekverstrekker meldde dat de hypotheekaanvraag nog niet ter beoordeling aan haar was voorgelegd.
De consument heeft de adviseur vervolgens aansprakelijk gesteld voor de geleden en toekomstige schade.
Klacht
Volgens de consument heeft de adviseur namelijk zijn zorgplicht jegens de consument geschonden en is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichtingen jegens de consument. De consument maakt de adviseur hierbij twee verwijten. Ten eerste heeft de adviseur de door de consument aangeleverde stukken niet tijdig of niet compleet bij de hypotheekverstrekker ingediend en heeft hij niet gereageerd op vragen van de hypotheekverstrekker. Hij heeft vervolgens zijn werkzaamheden beëindigd zonder dat het tot een offerte van de hypotheekverstrekker is gekomen. De adviseur heeft het steeds doen voorkomen alsof de aanvraag ter beoordeling bij de hypotheekverstrekker voorlag, terwijl dit niet zo bleek te zijn.
Ten tweede heeft de adviseur geen goede of geen juiste inventarisatie gemaakt van de situatie van de consument. Indien de adviseur dit wel zou hebben gedaan, zou direct bekend zijn geworden dat een deel van het inkomen van de consument, bestaande uit een WGA-uitkering, door de uitgekozen hypotheekverstrekker niet wordt gezien als bestendig inkomen, en dat ook de scheiding van de consument eerst moest zijn afgewikkeld.
Door het vervallen van het renteaanbod heeft de consument geen gebruik kunnen maken van de in dat aanbod opgenomen gunstige rentetarieven. De rentetarieven van de lening die zij nadien heeft afgesloten bij de hypotheekverstrekker zijn hoger.
Verweer van de adviseur
De adviseur voert verschillende verweren aan tegen de verwijten van de consument. Allereerst beweert de adviseur dat hij geen verwijtbaar gedrag heeft vertoond en dat het de consument was die de aanvraag heeft stopgezet. Bovendien stelt de adviseur dat, aangezien de consument geen opdracht tot dienstverlening heeft getekend, hij zich gerechtigd voelde om zich terug te trekken zonder dat dit tot schade heeft geleid
De adviseur betwist ook het causaal verband tussen de vermeende fout en de geleden schade, aangezien hij beweert dat de hypotheekverstrekker de consument ook zonder fout geen bindend aanbod zou hebben gedaan vanwege haar deels uit een WGA-uitkering bestaande inkomen en de nog lopende scheiding.
Overeenkomst van opdracht
De commissie dient te beoordelen of de adviseur zijn zorgplicht jegens de consument heeft geschonden en zo ja, of hij de schade van de consument dient te vergoeden.
Ten eerste heeft de commissie geoordeeld of er sprake is van een overeenkomst van opdracht. De commissie overweegt dat voor de totstandkoming van een overeenkomst een schriftelijke vastlegging van de afspraken, al dan niet in de vorm van een opdracht tot dienstverlening, niet is vereist. Vaststaat dat partijen regelmatig contact met elkaar hebben gehad over de hypotheekaanvraag en dat de consument meerdere documenten heeft aangeleverd. Hieruit blijkt afdoende dat de adviseur zich jegens de consument heeft verbonden om te bemiddelen bij de totstandkoming van een hypothecaire geldlening en daarmee is een overeenkomst tussen partijen tot stand gekomen, welke kwalificeert als een overeenkomst van opdracht als bedoeld in artikel 7:400 van het Burgerlijk Wetboek.
Het enkele feit dat de consument geen opdracht tot dienstverlening heeft getekend, staat aan de totstandkoming van deze overeenkomst niet in de weg en is daarom geen reden om zich aan gemaakte afspraken en/of gedane toezeggingen te mogen onttrekken. Ook betekent het ontbreken van een getekende opdracht tot dienstverlening niet dat de adviseur niet gehouden zou zijn om zich te houden aan verplichtingen die uit de wet voortvloeien in het geval van een overeenkomst van opdracht, zoals de zorgplicht van een opdrachtnemer.
Zorgplicht van de adviseur
Volgens artikel 7:401 BW dient een opdrachtnemer, in dit geval de adviseur, bij de uitvoering van zijn opdracht de zorg van een goed opdrachtnemer in acht te nemen. Dit betekent dat hij bij de uitvoering van zijn opdracht de zorgvuldigheid moet betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht. Als uitgangspunt geldt dat van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht dat hij beschikt over de nodige deskundigheid en vakkennis, dat hij de financiële belangen van zijn cliënten naar beste weten en kunnen behartigt en dat hij zorgvuldigheid betracht.
De adviseur is daarbij gehouden informatie in te winnen bij zijn cliënten omtrent hun situatie en relevante omstandigheden om zich ervan te verzekeren dat de door hem te verstrekken adviezen passend zijn gelet op de wensen en mogelijkheden van zijn cliënten. Ook mag van hem worden verwacht dat hij de voortgang van een hypotheekaanvraag bewaakt en de tijdlijnen in de gaten houdt en dat hij actie onderneemt bij eventuele aanvullende vragen van de hypotheekverstrekker.
Zorgplichtschending
De commissie stelt vast dat de adviseur zijn zorgplicht jegens de consument heeft geschonden door het niet tijdig of volledig indienen van documenten bij de hypotheekverstrekker en het niet adequaat beantwoorden van vragen van de hypotheekverstrekker. Deze zorgplichtschending leidt echter niet tot schade aan de kant van de consument. De commissie is van oordeel dat onvoldoende vaststaat dat de consument zonder deze fout wel een bindende aanbieding van de hypotheekverstrekker zou hebben ontvangen, gezien het WGA-inkomen van de consument en de nog niet afgeronde scheiding.
Tweede zorgplichtschending
Deze punten leiden wel tot het oordeel van de commissie dat er sprake is van een tweede zorgplichtschending van de adviseur. Een redelijk handelend en redelijk bekwaam adviseur had namelijk op de hoogte moeten zijn van enerzijds de relevante omstandigheden van de consument, waaronder de aard van het inkomen en de burgerlijke staat van de consument, en anderzijds de acceptatievoorwaarden van de hypotheekverstrekker. De adviseur had dus moeten weten dat een WGA-uitkering door de hypotheekverstrekker niet als inkomen werd geaccepteerd en dat de consument pas een lening op eigen naam kon aanvragen als zij officieel van haar echtgenoot was gescheiden.
Van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag daarnaast worden verwacht dat hij deze informatie aan het begin van het aanvraagtraject deelt met de consument, zodat de consument een inschatting kan maken van de mogelijkheden en de eventueel door haar benodigde acties. Als onvoldoende weersproken staat vast dat de adviseur de consument niet heeft gewezen op deze twee knelpunten. De adviseur is hiermee een hypotheektraject ingegaan waarvan hij had moeten weten dat dit niet zonder meer tot een offerte zou leiden. Door te handelen zoals hij heeft gedaan, heeft de adviseur zijn zorgplicht jegens de consument geschonden. De commissie is van oordeel dat deze fout van de adviseur wel tot schade heeft geleid. De consument is door die fout namelijk kostbare tijd verloren in een periode waarin de rentes snel stegen.
Klik hier voor de volledige uitspraak van de Geschillencommissie Kifid.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u schade geleden als gevolg van de schending van de zorgplicht van uw financieel adviseur? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant