Frisdrankproducent Y ging in 2017 op de fles nadat mogelijk verkeerde informatie in de jaarrekening aandeelhouders op de vlucht had doen slaan. Frisdrankproducent Y houdt een accountant in business sindsdien verantwoordelijk. Onlangs moest de accountant voor de derde keer bij de Accountantskamer verschijnen. De klacht had betrekking op zijn rol als controlerend accountant van frisdrankproducent Y, die uiteindelijk failliet ging en een schuld van enkele miljoenen euro’s achterliet.
Geen betrokkenheid
De accountant heeft verklaard dat ze geen enkele betrokkenheid had bij het dossier in kwestie. Haar advocaat heeft aangegeven dat er geen oorzakelijk verband was tussen de jaarrekening en het besluit van de aandeelhouders om geen geld meer beschikbaar te stellen. Dit kwam naar voren uit het feit dat de jaarrekening pas veel later was vastgesteld dan het besluit van de aandeelhouders. De tuchtrechter heeft deze verdediging geaccepteerd en de klacht tegen de accountant ongegrond verklaard. Ondanks haar functie als controller was ze niet verantwoordelijk voor samenstellingswerkzaamheden. Waardoor ze dus niet kon worden aangeklaagd voor tekortkomingen in dossiers op opdrachtniveau.
De klager heeft twee keer een klacht ingediend, die beide ongegrond werden verklaard. Bij het hoger beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven kreeg de klager ook geen gelijk. Overtuigd van de kwalijke rol van de accountant, heeft de klager een derde klacht ingediend bij de Accountantskamer, die onlangs is behandeld.
Zorgplicht van de accountant
De klager verwijt de accountant deze keer dat ze haar zorgplicht heeft geschonden als dagelijks beleidsbepaler en kwaliteitsbepaler door niet te zien dat er valse jaarrekeningen werden samengesteld (klachtonderdeel a).
Bovendien zou ze hebben gehandeld in strijd met de fundamentele beginselen door geen maatregelen te treffen bij niet integer handelen van anderen, door zich hiervan niet te distantiëren en door de Accountantskamer verkeerd in te lichten (klachtonderdeel b).
Ten slotte wordt de accountant verweten dat ze de NV NOCLAR niet heeft toegepast, niet heeft aangedrongen op maatregelen binnen of buiten haar organisatie, geen melding heeft gedaan, geen maatregelen heeft genomen en geen andere accountants heeft ingelicht nadat ze op de hoogte was geraakt van de directiefraude en de valse jaarrekeningen van Veri Soda (klachtonderdeel c).
Ne bis in idem-principe van toepassing
De accountant betoogde voor de tuchtrechter dat het ne bis in idem-principe van toepassing is en dat klachtonderdelen a en b al eerder aan de orde waren gesteld. De Accountantskamer ging gedeeltelijk mee in dit argument en verklaarde klachtonderdeel a geldig omdat het gaat over een andere gedraging van de accountant dan in de eerste klacht. De tuchtrechter oordeelde dat klachtonderdeel a betrekking heeft op de verantwoordelijkheid van de accountant als beleids- en kwaliteitsbepaler, en niet op haar rechtstreekse betrokkenheid bij het opstellen van de jaarrekening.
Oordeel van de Accountantskamer: geen betrokkenheid en geen accountantskantoor
Hoewel de klager gelijk kreeg op één punt, was dit het enige aspect waarin hij gelijk kreeg bij de Accountantskamer. De stelling van de klager dat het trustkantoor van de accountant aangemerkt moest worden als een accountantskantoor, werd door de tuchtrechter verworpen vanwege de definitie van accountantskantoor zoals vermeld in artikel 1 van de destijds geldende NVAK-aav. Volgens deze definitie wordt een organisatie alleen beschouwd als een accountantskantoor als er binnen de organisatie assurance-opdrachten of aan assurance verwante opdrachten worden uitgevoerd.
Aangezien was vastgesteld dat de accountant niet betrokken was bij het opmaken van de jaarrekeningen en er geen sprake was van een samenstellingsopdracht zoals bedoeld in NV COS 4410, kon het trustkantoor waar ze werkzaam was niet worden gekwalificeerd als een accountantskantoor. Bovendien was niet gebleken dat onder de verantwoordelijkheid van de accountant samenstellingsopdrachten waren uitgevoerd binnen het trustkantoor. Daarom werd klachtonderdeel a ongegrond verklaard en werden klachtonderdelen b en c niet-ontvankelijk verklaard.
Hier kunt u de volledige uitspraak van de Accountantskamer lezen.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of notaris. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 10+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant