Uitspraak: Klacht tegen accountants over werkzaamheden voor vereniging ongegrond verklaard

De accountants zijn beide als accountant werkzaam bij het accountantskantoor. Het accountantskantoor verricht al jaren accountantswerkzaamheden voor de serviceflat (naam 7). De financiële administratie van naam 7 wordt sinds 2006 verzorgd door mevrouw naam 8.

De statuten van naam 7 luiden voor zover van belang als volgt:

  • Artikel 9: Het toezicht op het beheer van de vereniging geschiedt door een registeraccountant.
  • Artikel 13: Toegang tot de algemene leden vergadering hebben de leden der vereniging en de bewoners der flatwoningen. Over de toelating van andere dan hiervoor vermelde personen beslist de voorzitter.
  • Artikel 20: De in artikel 9 genoemde registeraccountant brengt jaarlijks in de jaarlijkse algemene leden vergadering zijn verslag uit.

Appellanten hebben tegen de accountants bij separate brieven een tuchtklacht ingediend. Voor de periode waarop de door appellanten geformuleerde klachten betrekkingen hebben, was aan zowel accountant 1 als accountant 2 een beoordelingsopdracht gegeven.

Uitspraak van de Accountantskamer

De accountants wordt het volgende verweten:

  • De accountants betogen ten onrechte dat zij niet de in artikel 9 van de statuten bedoelde registeraccountant zijn. Zij hebben derhalve ten onrechte geen verslag uitgebracht van hun bevindingen aan de Algemene Ledenvergadering (ALV);
  • De accountants hadden opmerkingen moeten maken over de (on)wenselijkheid van de situatie dat dochter naam 8 de financiële administratie van naam 7 voerde;
  • De accountants hebben ten onrechte in hun beoordelingsverklaringen verklaard dat hun niets is gebleken op basis waarvan zij zouden moeten concluderen dat de jaarrekening geen getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het vermogen van naam 7. Klagers verwijten de accountants met dit klachtonderdeel dat zij hadden moeten opmerken dat de liquide middelen van naam 7 onvoldoende zijn in relatie tot de omvang van de reserve groot onderhoud en de voorziening groot onderhoud en dat daarom geoordeeld moet worden dat de grootte en de samenstelling van het vermogen daadwerkelijk minder rooskleurig waren dan door de accountants is beoordeeld.De accountants hebben ten onrechte in hun beoordelingsverklaringen verklaard dat hun niets is gebleken op basis waarvan zij zouden moeten concluderen dat de jaarrekening geen getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het vermogen van naam 7. Klagers verwijten de accountants met dit klachtonderdeel dat zij hadden moeten opmerken dat de liquide middelen van naam 7 onvoldoende zijn in relatie tot de omvang van de reserve groot onderhoud en de voorziening groot onderhoud en dat daarom geoordeeld moet worden dat de grootte en de samenstelling van het vermogen daadwerkelijk minder rooskleurig waren dan door de accountants is beoordeeld.

De Accountantskamer heeft de klacht ongegrond verklaard.

Beoordeling van het geschil in hoger beroep

Ten aanzien van het eerste klachtonderdeel oordeelde de Accountantskamer dat de accountants niet kunnen worden aangemerkt als accountant in de zin van artikel 9 van de staturen en daarom dus geen jaarlijks verslag hoefden te doen. Appellanten zijn het niet eens met dit oordeel. Het College denkt hier anders over. Met de Accountantskamer is het College van oordeel dat de aan de accountants verschafte beoordelingsopdracht van een andere aard en omvang is dan de taakomschrijving van de accountant in artikel 9 van de statuten van naam 7 en dat de accountants op grond van die ontvangen beoordelingsopdracht dan ook niet kunnen worden beschouwd als de accountant genoemd in artikel 9. Daarnaast merkt het College op dat dat de accountants niet door het bestuur noch door de ALV zijn verzocht om aanwezig te zijn.

De accountantskamer heeft dus terecht geoordeeld dat het eerste onderdeel van de klacht ongegrond is.

Appellanten zijn het ten aanzien van het tweede klachtonderdeel niet eens met het oordeel van de accountantskamer dat de accountants er in het kader van hun beoordelingsopdracht terecht niet bij het bestuur op hebben aangedrongen om in de jaarrekening een passage op te nemen over de werkzaamheden van dochter naam 8 bij naam 7. Appellanten stellen dat de verbondenheid gemeld had moeten worden in de jaarrekening.

Ook deze grief faalt. De accountantskamer heeft naar het oordeel van het College terecht geoordeeld dat het enkele feit dat sprake is van een verbonden partij niet meteen met zich brengt dat hier in de jaarrekening aandacht aan diende te worden besteed. Daarnaast was zowel bij de leden als het bestuur was duidelijk dat met de dochter naast een zakelijke relatie ook een familierelatie met een van de bestuursleden bestond. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is het College dan ook niet gebleken.

In hun derde grief voeren appellanten aan dat de jaarrekening geen getrouw beeld geeft omdat de accountants hadden moeten constateren dat liquide middelen van naam 7 in relatie tot de omvang van de reserve groot onderhoud en de voorziening groot onderhoud, onvoldoende zijn. Het College kan appellanten ook hierin niet volgen. De accountants hebben niet weersproken gesteld dat dit onderwerp ter sprake is gekomen bij de bespreking van de jaarrekening. De accountants kan volgens het college niet worden verweten dat het bestuur van de vereniging niet in staat zou zijn de voor de financiering van groot onderhoud noodzakelijke leningen te verkrijgen. De accountantskamer heeft naar het oordeel van het College daarom terecht geoordeeld dat ook het derde onderdeel van de klacht ongegrond is.

De beslissing

Het college verklaart het hoger beroep ongegrond.

Lees hier de hele uitspraak.

Zorgplicht Advocaten

Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of boekhouder. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.

Jamiro van de Wiel

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Joost Papeveld

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant