In deze zaak draait het om het handelen van notarissen bij het passeren van een levenstestament. De klacht betreft het vermeende gebrek aan zorgvuldigheid en naleving van het Stappenplan bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van de betrokkene.
Het levenstestament
Op 21 april 2022 werd bij de moeder van de klager, beginnende dementie vastgesteld door haar huisarts. Klager regelde al sinds het overlijden van zijn vader in 2012 de financiële zaken van zijn moeder en was gemachtigd voor haar bankrekeningen en DiGiD. In september 2022 verhuisde de moeder naar de zorginstelling [C]. Na een neuropsychologisch onderzoek in november 2022 werd bij de moeder de diagnose alzheimer vastgesteld.
Op 12 december 2022 dienden twee zussen van klager, [D] en [E], een CIZ-aanvraag voor moeder in. Kort daarna, op 13 december 2022, vond er een gesprek plaats tussen moeder en een begeleidster van een stichting, [F], over het opmaken van een levenstestament. Het notariskantoor van de notarissen heeft een samenwerkingsovereenkomst met de stichting voor het passeren van (levens)testamenten van de klanten van de stichting.
Op 15 december 2022 keurde een kandidaat-notaris het concept van het levenstestament goed. Op diezelfde dag hebben klager en zijn andere zus [G] ook een CIZ-aanvraag voor moeder gedaan.
Vervolgens hebben nog een tweede en derde gesprek over het levenstestament plaatsgevonden tussen moeder en [F] bij een van de zussen thuis. Op 20 december hebben de kandidaat-notaris en notaris nog afzonderlijk met moeder gesproken en heeft de notaris het levenstestament van moeder gepasseerd. Hierbij werden alle eerder verleende volmachten herroepen en werden zus [D] en zus [E] tot algemeen gevolmachtigden benoemd.
Op 16 januari 2023 werd de CIZ-aanvraag van klager en zus [G] goedgekeurd, onder afwijzing van de CIZ-aanvraag van zus [D] en [E]. Moeder heeft hierbij een zorgprofiel voor beschermd wonen met intensieve dementiezorg gekregen.
Klacht
Klager heeft vervolgens een klacht tegen de notarissen ingediend. Klager verwijt de notarissen dat zij hun zorgplicht hebben geschonden, omdat zij het levenstestament voor moeder hebben gepasseerd terwijl zij wilsonbekwaam was. Klager stelt dat de handelswijze van de notarissen niet voldoet aan het Stappenplan beoordeling wilsbekwaamheid.
Klager heeft hierbij aangevoerd dat de notaris voornamelijk leunt op de bevindingen en acties van de stichting terwijl hij zelf de eindverantwoordelijkheid heeft. Daarnaast lag het initiatief voor het maken van een levenstestament vermoedelijk bij de zussen, zij hebben hierbij misbruik gemaakt van het e-mailadres van moeder en hebben de stichting ingeschakeld. Een andere notaris was hierbij niet bereidt om het testament op te maken.
Daarnaast hadden de notarissen rekening moeten houden met diverse indicatoren. Zo was moeder makkelijk te beïnvloeden, had zij een hoge leeftijd, woonde zij niet meer thuis en had zij haar eigen administratie al lang niet meer in eigen beheer.
Verweer
De notarissen hebben verweer gevoerd tegen de klacht. Ten eerste verzoekt de kandidaat-notaris om de klacht tegen hem niet-ontvankelijk te verklaren, omdat de klacht alleen betrekking heeft op het handelen van de notaris. Hij stelt dat hij geen eindverantwoordelijkheid had bij het bepalen van de wilsbekwaamheid van moeder en de keuze om het levenstestament te passeren. Hij benadrukt dat zijn rol in het feitencomplex ondergeschikt was.
De notarissen betwisten verder dat zij hun zorgplicht hebben geschonden. Ze stellen dat ze ten tijde van het passeren van het levenstestament voldoende zorgvuldig zijn geweest bij het vaststellen van de wilsbekwaamheid van moeder. Ze hebben het Stappenplan gevolgd en hebben geconcludeerd dat moeder (voldoende) wilsbekwaam was. Daarom verzoeken ze de klacht ongegrond te verklaren.
Notariële zorgplicht
De beoordeling richt zich op de vraag of het handelen van de notarissen een verwijtbare gedraging vormt op grond van artikel 93 lid 1 van de Wet op het notarisambt. Notarissen dienen zorgvuldigheid te betrachten jegens degenen voor wie zij optreden en zich te houden aan de geldende wet- en regelgeving.
Elke persoon met de bekwaamheid daartoe kan een levenstestament of testament opstellen, waarbij de notaris in beginsel zijn ministerie moet verlenen. De notaris moet daarbij ook de wilsbekwaamheid van de betrokkene beoordelen, waarbij hij een redelijke beoordelingsvrijheid heeft. Bij twijfel aan de wilsbekwaamheid is verder onderzoek nodig, waarvoor het Stappenplan een handreiking biedt.
Als een notaris, ondanks kennis van indicatoren, geen twijfel heeft over de wilsbekwaamheid van de testateur, hoeft hij het Stappenplan niet verder te volgen. Belangrijk hierbij zijn de inhoud van de gesprekken met de testateur en diens presentatie. Het is niet aan de kamer om de wilsbekwaamheid van de testateur vast te stellen, maar om te beoordelen of de notaris de nodige zorgvuldigheid en alertheid heeft betracht om dit te verifiëren. Bij gebrek daaraan kan sprake zijn van tuchtrechtelijk laakbaar handelen, zelfs als achteraf blijkt dat de testateur wilsbekwaam was ten tijde van het passeren van de akte.
Onvoldoende onderzoek naar wilsbekwaamheid
De klacht richt zich niet op de samenwerking tussen het notariskantoor en de stichting, maar op het gebrek aan naleving van het Stappenplan en het eigen protocol van de notarissen. De kamer oordeelt dat de notarissen onvoldoende invulling hebben gegeven aan hun verantwoordelijkheid om de wilsbekwaamheid van moeder te toetsen. Er waren meerdere indicatoren die tot gerede twijfel aan haar wilsbekwaamheid hadden moeten leiden, zoals haar hoge leeftijd, Alzheimer, en het feit dat zij niet meer zelfstandig woonde.
De notarissen hebben te veel vertrouwd op het voorwerk van de stichting en hebben onvoldoende zelfstandig onderzoek verricht naar de wilsbekwaamheid van moeder. Hoewel zij meerdere gesprekken met moeder hebben gevoerd, vonden deze allemaal op dezelfde dag plaats, voorafgaand aan het passeren van de akte. Er was geen bewijs van tijdsdruk voor het opstellen van het levenstestament. De conditie van moeder maakte juist dat meer tijd en aandacht had moeten worden besteed aan de vraag of zij voldoende in staat was zelfstandig haar wil te bepalen. De notarissen hebben bovendien belangrijke informatie over de gezondheidstoestand van moeder gemist en hadden een arts moeten raadplegen voor nader onderzoek.
Concluderend verklaart de kamer de klacht gegrond vanwege het gebrek aan invulling van de eigen verificatie- en onderzoeksplicht door de notarissen. Ze hebben onvoldoende aandacht besteed aan de indicatoren van mogelijke onwilsbekwaamheid en zijn te veel afgegaan op informatie van derden, zonder zelfstandig onderzoek te verrichten.
Waarschuwing
De kamer oordeelt dat de notarissen onzorgvuldig hebben gehandeld bij de totstandkoming van het levenstestament. Ze hebben te veel vertrouwd op de stichting en hadden zelf meer regie moeten houden bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van moeder. Zowel de notaris als de kandidaat-notaris worden verantwoordelijk gehouden, aangezien de kandidaat-notaris betrokken was bij de voorbereidende werkzaamheden en gesprekken met moeder heeft gevoerd. Aan beiden wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd.
Klik hier voor de volledige uitspraak van de Kamer voor het notariaat.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u een geschil met uw notaris over de vraag of hij/zij de benodigde vakbekwaamheid, zorgvuldigheid en deskundigheid in acht heeft genomen bij de uitvoering van zijn/haar werkzaamheden? Neem dan contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 10+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant