Een recente zaak voor de Kamer voor het Notariaat heeft betrekking op een klacht tegen een notaris over het opstellen van een levenstestament voor mevrouw [A]. Klaagster, de dochter van mevrouw [A], uitte zorgen over de handelwijze van de notaris bij het beoordelen van de wilsbekwaamheid van haar moeder tijdens het opstellen van het testament.
Levenstestament
De klacht draait om de handelwijze van een notaris bij het opstellen en passeren van het levenstestament van mevrouw [A], de moeder van klaagster. Mevrouw [A], geboren in juli 1936, nam in december 2021 contact op met het kantoor van de notaris om een afspraak te maken voor het opstellen van een levenstestament. Tijdens een gesprek met een kandidaat-notaris werden haar wensen besproken. Vier weken later werd een conceptakte opgesteld en naar mevrouw [A]’s huisadres gestuurd. Op 24 januari 2022 bracht haar zoon haar naar het kantoor van een notaris elders, waar alleen zij met de notaris sprak. De notaris stelde controlevragen, onder andere over haar kinderen, en vervolgens werd het levenstestament gepasseerd. Hierbij verleende mevrouw [A] volmachten aan haar zoon voor zowel haar vermogensrechtelijke als medische belangen.
In de maanden na het passeren van het testament kreeg mevrouw [A] te kampen met gezondheidsproblemen, zoals een val en een tia, wat resulteerde in een verslechtering van haar fysieke en mentale gezondheidstoestand. Een brief van 19 mei 2022 van een instelling aan klaagster onthulde dat mevrouw [A] 24-uurs verpleging en verzorging nodig had vanwege gevorderde dementie. Dit leidde uiteindelijk tot de benoeming van de zoon als bewindvoerder en mentor door de kantonrechter op 25 augustus 2022. De kantonrechter motiveerde deze beslissing door te wijzen op ernstige verstoringen tussen de kinderen en de noodzaak om de belangen van mevrouw [A] op de juiste wijze te behartigen.
Klaagster diende vervolgens hoger beroep in tegen deze beslissing, waarbij het hof uiteindelijk besloot een professionele bewindvoerder en mentor aan te stellen voor mevrouw [A].
Klaagster verwijt de notaris dat hij onvoldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van moeder bij het opstellen en passeren van haar levenstestament op 24 januari 2022.
Juridisch kader
Op grond van artikel 93 lid 1 Wet op het notarisambt zijn notarissen, toegevoegd notarissen en kandidaat-notarissen aan het tuchtrecht onderworpen. De tuchtrechter toetst of hun handelen of nalaten in strijd is met het bepaalde in de Wna en andere toepasselijke bepalingen. Ook kan de tuchtrechter toetsen of zij voldoende zorg in acht hebben genomen ten opzichte van de (rechts)personen voor wie zij optreden en of zij daarbij hebben gehandeld zoals een behoorlijk beroepsbeoefenaar behoort te doen. Zo moet een notaris het ambt in onafhankelijkheid uitoefenen en de belangen van alle bij de rechtshandeling betrokken personen op onpartijdige wijze en met de grootst mogelijke zorgvuldigheid behartigen.
Niet-ontvankelijk
De kamer moet eerst bepalen of de klaagster als belanghebbende kan worden beschouwd voordat ze de klacht inhoudelijk kan beoordelen, zoals vereist door artikel 99 lid 1 van de Wet op het notarisambt (Wna). Volgens de wetgeving kan iedereen met een redelijk belang een klacht indienen, wat ruim wordt geïnterpreteerd. Dit belang kan voortkomen uit betrokkenheid bij een specifieke zaak of uit het belang bij handhaving van beroepsnormen voor het notariaat. In dit geval gaat de klacht over het levenstestament van de moeder van de klaagster, waarbij haar broer als gevolmachtigde is aangewezen. De klaagster heeft de klacht echter niet namens haar moeder ingediend, maar op persoonlijke titel. Daarom moet worden beoordeeld of ze een voldoende redelijk belang heeft bij de klacht.
De kamer concludeert dat de klaagster geen redelijk belang heeft bij haar klacht met betrekking tot het levenstestament van haar moeder. Hoewel ze als dochter emotioneel betrokken is bij haar moeder en zich zorgen maakt, is dit niet voldoende om als belanghebbende te worden beschouwd bij deze klacht tegen de notaris. De omstandigheid dat ze vindt dat haar broer niet goed voor hun moeder zorgt, verandert deze conclusie niet. Daarom verklaart de kamer de klacht niet-ontvankelijk.
Niet onzorgvuldig gehandeld
De conclusie dat de klaagster niet-ontvankelijk is in haar klacht over het levenstestament van haar moeder wordt als onbevredigend beschouwd, omdat het de vraag opwerpt wie anders tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van de notaris in een dergelijke situatie zou kunnen aanvechten. De kamer overweegt echter dat zelfs als de klaagster ontvankelijk zou zijn, haar klacht ongegrond zou zijn verklaard. Er is geen bewijs dat de notaris onzorgvuldig is geweest bij het beoordelen van de wilsbekwaamheid van de moeder ten tijde van het opstellen van het levenstestament. De notaris heeft voldoende tijd genomen voor gesprekken met de moeder en heeft geen aanleiding gezien om haar geestesgesteldheid verder te onderzoeken. Er is geen overtuigend bewijs geleverd dat de moeder destijds niet in staat was haar wil te bepalen. Hoewel de gezondheid van de moeder later verslechterde, is dit geen indicatie voor haar vermogen om op het moment van opstellen van het levenstestament haar wil te bepalen. De notaris heeft naar behoren gehandeld, en er is geen reden om aan te nemen dat hij tot een andere conclusie had moeten komen.
Klik hier voor de volledige uitspraak van de Kamer voor het Notariaat.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u een geschil met uw notaris over de vraag of hij/zij de benodigde vakbekwaamheid, zorgvuldigheid en deskundigheid in acht heeft genomen bij de uitvoering van zijn/haar werkzaamheden? Neem dan contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant