Uitspraak: Advocaat heeft zich niet schuldig gemaakt aan ‘napleiten’

Klager heeft klaagster bijgestaan in een kortgedingprocedure tegen mevrouw H. In dit kort geding vorderde mevrouw H. dat klaagster de door haar gehuurde woning zou ontruimen. Verweerder is, naast mr. S, ook de advocaat van mevrouw H. Na de kort geding zitting, waarin mr. S. mevrouw H. bijstond, heeft verweerder een mail naar de rechtbank gestuurd. In die mail heeft hij aangegeven dat mevrouw H. naar aanleiding van mededelingen over een vermeende zelfmoordpoging van mevrouw H. door de advocaat van haar (klager), graag het proces-verbaal of de aantekeningen van de griffier van de zitting wil verkrijgen.

Bij e-mail van 23 juni 2020 heeft een medewerkster van de rechtbank verweerder meegedeeld dat een proces-verbaal alleen wordt verstrekt aan partijen en niet aan derden. Nu verweerder in de procedure niet als advocaat is opgetreden, kan het door hem gevraagde proces-verbaal niet aan hem worden toegestuurd. Vervolgens heeft mr. S de rechtbank gevraagd om het proces-verbaal of de aantekeningen van de griffier.

Klager, de advocaat van mevrouw H, heeft zijn verontwaardiging over deze gang van zaken geuit aan het adres van verweerder. Volgens hem is het op grond van artikel 21 lid 1 van de Gedragsregels ongeoorloofd contact op te nemen met de Rechtbank nadat uitspraak was bepaald, zonder dit met klager te bespreken.

Verweerder heeft als volgt geantwoord op klager. “Er is louter een formeel verzoek gedaan om een afschrift van het proces-verbaal/de aantekeningen van de griffier. Dat is toegestaan, zoals het ook is toegestaan om na vonnis-/arrestbepaling aanpassing of aanvulling van het proces-verbaal te verzoeken (…) Niet is toegestaan om na te pleiten. Dat is niet gebeurd. Desalniettemin willen mr. S en ondergetekende de zaak niet op de spits drijven. Wij zullen de rechtbank verzoeken de e-mail als ongelezen te beschouwen en wij zullen maandag na het wijzen van het vonnis opnieuw een verzoek neerleggen bij de rechtbank.”

De klacht

Klager verwijt verweerder dat hij tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld doordat hij heeft gecorrespondeerd met de rechtbank zonder dat klager daarvan op de hoogte was. Hiermee heeft verweerder volgens klager in strijd gehandeld met gedragsregel 21.

De beoordeling

De voorzitter stelt voorop dat de advocaat zich niet zonder toestemming van de wederpartij tot de rechter mag wenden nadat de uitspraak is bepaald (gedragsregel 21 lid 3). Verder staat vast dat verweerder mevrouw H. niet heeft bijgestaan in het kort geding. Gedragsregel 21 lid 3 is daarom niet rechtstreeks van toepassing. Dat verweerder in andere zaken als advocaat voor mevrouw H optreedt, is daarbij niet van belang.

Verweerder heeft sowieso niet gehandeld in strijd met gedragsregel 21 lid 3 met zijn e-mail aan de rechtbank van 17 juni 2020. Het is namelijk volgens vaste jurisprudentie van het Hof van Discipline toegestaan om nadat uitspraak is bepaald de rechter te benaderen over het proces-verbaal. Toestemming van de wederpartij is daarvoor in beginsel niet nodig. Het is niet toegestaan na te pleiten, dit is het aanvoeren van nieuwe argumenten aan te voeren na een uitspraak. Dat is ook niet gebeurd.

De voorzitter verklaart de klacht kennelijk ongegrond.

Zorgplicht Advocaten

Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een advocaat, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een advocaat. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de tuchtrechter of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.

Monique Ebben

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Rob Silvertand

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant