Uitspraak: Klaagster heeft verweer van accountant niet weersproken: klacht ongegrond verklaard

Betrokkene is als openbaar accountant verbonden aan [A] Accountants Belastingadviseurs. Betrokkene verricht accountancywerkzaamheden voor een aan B toebehorende onderneming. De onderneming houdt zich bezig met de verkoop van onder meer planten, zaden en potgrond. B was voor de helft eigenaar van D, een belangrijke afnemer van de onderneming.

Klaagster is van 1 september 1996 tot haar ontslag per 1 juni 2014 als administrateur werkzaam geweest voor de onderneming. Daarnaast was zij tot medio 2001 de partner van B, met wie zij ook twee kinderen heeft.

Bij brief heeft B bij het UWV om bedrijfseconomische redenen ontslag aangevraagd voor onder andere klaagster.

Bij de ontslagaanvraag van de onderneming is ook een brief van 10 januari 2014 van betrokkene aan B overgelegd, waarin betrokkene in verband met de ontslagprocedure een beschrijving geeft van de financiële positie van de onderneming aan de hand van de solvabiliteit, liquiditeit en rentabiliteit. In die brief heeft betrokkene geconcludeerd dat de onderneming ten gevolge van negatieve resultaten en kasstromen zonder ingrijpen binnen 6 à 12 maanden failliet zal gaan. Betrokkene heeft geadviseerd om maatregelen te nemen ten aanzien van de personeelskosten.

Betrokkene heeft de door het UWV aan B gestelde vragen met betrekking tot de ontslagaanvraag beantwoord. Als bijlage heeft betrokkene daarbij een kolommenbalans en een winst- en verliesrekening van de gevoegd. De winst- en verliesrekening laat een negatief resultaat zien van ruim € 155.000,-.

Het door B met toestemming van het UWV aan klaagster verleende ontslag is op verzoek van klaagster door de kantonrechter kennelijk onredelijk verklaard.

De klacht

Betrokkene is volgens klaagster creatief omgegaan met de cijfers van de onderneming waardoor het UWV heeft ingestemd met het ontslag om economische redenen. Zij geeft als onderbouwing dat:

  • betrokkene in de balans van de onderneming per 30 november 2013 handmatig de post voorraden heeft verminderd terwijl er niet geteld is, en voorts de post dubieuze debiteuren, waarvoor in de op 9 oktober 2013 opnieuw uitgebrachte jaarrekening al een te hoge voorziening was opgenomen, wederom (ten onrechte) heeft opgevoerd;
  • de voorlopige cijfers van de onderneming per 30 november 2013 anders luiden dan de al op 10 januari 2014 bekende definitieve cijfers over 2013, zodat betrokkene die laatste cijfers aan het UWV had moeten (laten) presenteren.

Volgens klaagster was sprake van manipulatie door betrokkene van de post voorraden in de cijfers per 30 november 2013 omdat de voorraad niet is geteld en zij ervan overtuigd is dat de werkelijke voorraad hoger was, doordat goederen uit het buitenland teruggekomen waren. Dit heeft tot gevolg gehad dat het resultaat van de onderneming ten onrechte als verslechterd is voorgesteld.

De beoordeling

De Accountantskamer is van oordeel dat klaagster de aan het eerste klachtonderdeel ten grondslag gelegde stellingen niet aannemelijk heeft gemaakt. Betrokkene heeft aangevoerd dat in de boekhoudsoftware van de onderneming een directe koppeling tussen de voorraadadministratie en financiële administratie ontbreekt, waardoor pas een actueel beeld van de voorraad verkregen kon worden door het boeken in de financiële administratie van de mutaties in de voorraad op basis van de voorraadadministratie daarnaast was de voorraad volgens deze administratie in vergelijking met de stand per 31 december 2012 per 30 november 2013 verminderd met een bedrag van € 182.179. Klaagster heeft dit verweer niet betwist. Het eerste klachtonderdeel wordt ongegrond verklaard.

Klaagster heeft ten aanzien van het tweede klachtonderdeel aangevoerd dat ten behoeve van haar ontslagaanvraag in de bij de ontslagaanvraag gevoegde brief van betrokkene aan B en het UWV gebruik is gemaakt van de door betrokkene opgestelde cijfers over de periode van 1 januari 2013 tot 1 december 2013 die een negatief resultaat lieten zien van ruim € 155.000,-, terwijl op 10 januari 2014 alle cijfers over geheel 2013 die resulteerden in een winst van ruim € 39.000,- al bekend waren. Betrokkene heeft ter zitting dit verschil verklaard met constateringen, welke naar zijn zeggen pas in de loop van 2014 bij zijn samenstelwerkzaamheden zijn en konden worden gedaan. Klaagster heeft ook dit verweer niet weersproken. De klacht wordt ongegrond verklaard.

Lees hier de hele uitspraak.

Zorgplicht Advocaten

Heeft u een geschil met uw accountant over de vraag of hij/zij de benodigde vakbekwaamheid, zorgvuldigheid en deskundigheid in acht heeft genomen bij de uitvoering van zijn/haar werkzaamheden? Heeft uw accountant uw opdrachten niet naar behoren uitgevoerd? En heeft u als gevolg daarvan schade geleden? Neem dan contact op met een van de gespecialiseerde advocaten van Zorgplicht Advocaten.

Monique Ebben

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Monique Ebben

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant