In 2017 is de Makelaar opgetreden als verkopend makelaar bij de verkoop van een woning. In de verkoopbrochure is onder het kopje “Bijzonderheden” opgenomen: “Woonoppervlakte ca. 127 m2, inhoud ca. 400 m3.” Klager heeft de woning gekocht.
In 2019 wil klager de woning weer verkopen. Hij heeft het Meetbureau gevraag om de woning op te meten. Deze meting is uitgevoerd op basis van de Meetinstructie. In het meetrapport wordt een gebruiksoppervlakte wonen van 117,8 m2 en een bruto inhoud van 450 m3 vermeld.
De makelaar heeft na navraag van klager laten weten dat er geen meetrapport in het dossier aanwezig was. Hij stelt destijds de woonoppervlakte te hebben bepaald aan de hand van de door de verkoper aan hem verstrekte tekeningen.
De klacht en beslissing van de Raad
Klager stelt dat de makelaar niet als goed makelaar heeft gehandeld door in de verkoopinformatie een onjuist woonoppervlakte op te nemen. De Raad heeft deze klacht gegrond verklaard en aan de makelaar een berisping opgelegd.
Beoordeling van het geschil in hoger beroep
De NVM heeft in 2010 de bij haar aangesloten leden en makelaars verplicht toepassing te geven aan de Meetinstructie. Bij gebruik van bestaande plattegronden moet gecontroleerd worden of de lengte-, breedte- en eventuele hoogtematen op die plattegronden juist zijn. Vervolgens dient de Meetinstructie juist en correct toegepast te worden.
Klager heeft een rapport van een extern bureau overgelegd waaruit blijkt dat de gebruiksoppervlakte van de Woning op basis van de Meetinstructie 117,8 m2 is. Deze uitkomst is ook niet gemotiveerd betwist door de makelaar.
Desgevraagd heeft de Makelaar ter zitting verklaard dat het verschil tussen de berekening van het Meetbureau en zijn berekening vooral komt door een verschillend gebruiksoppervlakte van de zolder. De Makelaar heeft ter zitting verklaard dat hij ter controle van de maten op de plattegrond een aantal metingen in de Woning heeft uitgevoerd. Op de plattegrond is van de zolderverdieping alleen de maat van de linkerzijde gegeven, maar niet de maat van de andere zijde. De makelaar stelt deze te hebben afgeleid. Hij heeft dit echter niet nagemeten of iets dergelijks en dus niet gecontroleerd.
Ook heeft de makelaar zich niet aan de Meetinstructie gehouden. In de Meetinstructie is namelijk opgenomen dat oppervlakte met een netto hoogte die lager is dan 1,5 meter niet tot de gebruiksoppervlakte wordt gerekend. De makelaar heeft hier geen rekening mee gehouden. Door de maten van de zolderverdieping niet te controleren en zich niet aan de Meetinstructie te houden heeft de makelaar tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld. De klacht wordt wederom gegrond geacht.
De straf
Uitgangspunt voor de straf bij schending van de Meetinstructie is een berisping. De Makelaar heeft tegen de opgelegde straf bezwaar gemaakt en aangevoerd dat er bijzondere omstandigheden zijn die een schuldig verklaring zonder oplegging van straf rechtvaardigen. De Centrale Raad gaat hier echter niet in mee. Zij acht de maatregel van berisping passend en geboden.
De beslissing
De Centrale Raad van Toezicht bekrachtigt de beslissing van de Raad van Toezicht.
Lees hier de hele uitspraak.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een makelaar, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van de makelaar. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de tuchtrechter of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant