Klaagster verwijt de notaris dat hij niet aan haar heeft gemeld dat er conservatoir beslag rustte op het haar toekomende deel van de verkoopopbrengst van de woning.
Het procesverloop
Bij beschikking van 24 september 2021 heeft de rechtbank Den Haag de echtscheiding uitgesproken tussen klaagster en de man. De voormalige echtelijke woning van klaagster en de man is op 19 mei 2021 verkocht voor € 825.000,- en op 21 oktober 2021 geleverd aan derden. De notaris heeft het transport van de woning verzorgd. Na aflossing van de hypothecaire geldlening en betaling van kosten resteerde een netto verkoopopbrengst van € 246.672,88. Dit bedrag stond op de derdenrekening van de notaris.
Op 21 oktober 2021 heeft de gerechtsdeurwaarder op verzoek van de man conservatoir beslag gelegd onder de notaris op de gelden en vorderingen toekomend aan klaagster. Bij beschikking van 31 januari 2022 heeft de rechtbank Den Haag bepaald dat de man daarnaast per saldo bij de echtscheiding nog een bedrag aan de vrouw moet betalen, dat partijen in de onderlinge verhouding ieder voor 50% draagplichtig zijn voor de rekening-courantschulden van de man en dat het resterende verkoopopbrengst van de voormalige echtelijke woning van partijen, dat rust onder de notaris, door de notaris aan ieder der partijen voor de helft moet worden uitgekeerd.
Op 7 februari 2022 heeft de gerechtsdeurwaarder op verzoek van klaagster executoriaal beslag gelegd op de onder de notaris rustende gelden en vorderingen toekomend aan de man. Bij e-mail van 22 februari 2022 heeft een medewerker van het kantoor van de notaris de gerechtsdeurwaarder bericht dat In overleg met notaris is besloten geen bedragen uit te keren. De notaris heeft besloten om het bedrag welke op onze derdengeldenrekening rust niet uit te keren totdat de beschikking van de rechtbank in kracht van gewijsde is gegaan.
Bij e-mail van 24 februari 2022 heeft een medewerker van het kantoor van de notaris de gerechtsdeurwaarder geïnformeerd dat de notaris voornemens is om het bedrag over te maken naar de derdengeldenrekening. Er zal dus niet worden gewacht totdat het vonnis van de rechtbank de dato 31 januari 2022 in kracht van gewijsde is gegaan. Op 25 februari 2022 is dit bedrag, onder aftrek van kosten, door klaagsters gerechtsdeurwaarder ontvangen.
De klacht
Klaagster verwijt de notaris dat hij niet aan haar heeft gemeld dat er conservatoir beslag rustte op het haar toekomende deel van de verkoopopbrengst van de woning. Toen klaagster op 22 oktober 2021, daags na de levering van de verkochte woning, vroeg wanneer het geld zou worden uitgekeerd, luidde het antwoord dat de uitkering – zoals gebruikelijk – twee werkdagen in beslag zou nemen, zonder daarbij te zeggen dat er sprake was van conservatoir beslag.
Verder verwijt klaagster de notaris dat hij haar terugbelverzoeken niet heeft beantwoord, niet heeft gereageerd op een door klaagster op de website achtergelaten bericht, de telefoon niet heeft beantwoord, en haar telefonisch langdurig in de wachtstand heeft gelaten.
Ook verwijt klaagster de notaris dat hij haar zijn (aanvankelijke) beslissing niet heeft meegedeeld om te wachten met het uitbetalen van de verkoopopbrengst totdat de beschikking in kracht van gewijsde was gegaan.
De beoordeling
Mededelen van conservatoir beslag
Derdenbeslag dient niet enkel aan die derde te worden betekend, maar ook – op de voet van artikel 720 jo. 475i Rv – aan de schuldenaar moet worden overbetekend. Er bestaat dan ook geen plicht voor de derde-notaris tot spontane mededeling van een derdenbeslag aan de schuldenaar, hier: klaagster. In zoverre is het niet of laat mededelen van een gelegd beslag dan ook niet klachtwaardig.
Wel rust er een plicht op de notaris om over gelegd beslag openheid te betrachten als de schuldenaar daarnaar of naar beslagen vorderingen vraagt. Het verweer van de notaris dat op 22 oktober 2021 het beslag nog niet in het CMS-systeem was gezet, dat de medewerker die met klaagster sprak mogelijkerwijs niet wist van het beslag, en dat op 26 oktober 2021 alsnog aan klaagster telefonisch is meegedeeld door de telefoniste dat er beslag lag, baat de notaris niet. Zeker bij vragen op de dag ná betekening moet de notaris of moeten de medewerkers die de zaak behandelen daarop adequaat antwoord kunnen geven, ongeacht het gebruikte systeem. Vast staat dat dat niet is gebeurd. Omdat op 22 oktober 2021 niets is medegedeeld over het beslag, is de klacht gegrond.Communicatie
Voldoende duidelijk is dat telefonisch contact tussen (het kantoor van) de notaris en klaagster niet tot stand is gekomen. Niet kan worden vastgesteld aan welke zijde van de lijn de oorzaak daarvan heeft gelegen. Wel kan worden vastgesteld dat de notaris, bekend met klaagsters meermalen en via verschillende kanalen geuite wens daartoe, geen andere manieren heeft geprobeerd om te communiceren met klaagster. Mede vanwege de bijzondere omstandigheid dat er aan klaagster toekomende gelden op de derdenrekening van de notaris stonden en dat conservatoir beslag was gelegd op die gelden, had de notaris zich meer moeten inspannen om in contact met klaagster te komen en is het gebrek aan communicatie van de zijde van de notaris dusdanig, dat het klachtwaardig is. Dit klachtonderdeel is derhalve gegrond.
Mededelingen
De notaris heeft aangevoerd dat het uitblijven van de betaling aan klaagster te wijten is aan het feit dat de man ook gelden tegoed had van klaagster, dat de advocaat van de man had gesommeerd geen geld aan klaagster uit te keren en dat er sprake was van een onduidelijke situatie vanwege het door de man gelegde conservatoire en het door klaagster gelegde executoriale beslag. De notaris wilde afwachten tot er meer duidelijkheid was. De Kamer begrijpt uit het dossier en in het bijzonder uit de verschillende beslagen blijkt dat de notaris voor een dilemma stond.
Het uitblijven van de uitbetaling kan, anders dan is opgeschreven in het bericht van 22 februari 2022, niet gelegen hebben in het in kracht van gewijsde gaan van de beschikking; de beschikking was immers voor wat betreft de betalingen uitvoerbaar bij voorraad. In lijn met het vorige, gegronde klachtonderdeel geldt ook hier dat de notaris actiever daarover had moeten communiceren met klaagster. Dat gebrek aan communicatie getuigt ten aanzien van dit aspect van een gebrek aan inhoudelijke regie.
Voor zover klaagster de notaris verwijt niet snel genoeg het haar toekomende deel te hebben overgeboekt, faalt die klacht. Op 25 februari 2022 heeft de notaris de gelden overgemaakt aan de deurwaarder van klaagster. De Kamer is van oordeel dat de notaris in dit specifieke geval de gelden uiteindelijk voldoende voortvarend heeft uitbetaald. Dit klachtonderdeel is dan ook ongegrond.
De beslissing
De Kamer voor het notariaat verklaart de klacht deels gegrond, legt de notaris de maatregel van schorsing voor de duur van drie weken op en verklaart de klacht voor het overige ongegrond.
Hier kunt u de gehele uitspraak van de Kamer voor het Notariaat lezen.
Zorgplicht Advocaten
Heeft u als klant, stakeholder of derde een klacht of schade geleden als gevolg van een fout van een accountant, neem dan contact met ons op voor vrijblijvend gesprek. De advocaten van Zorgplicht Advocaten hebben jarenlange ervaring met het adviseren over de zorgplicht van een accountant of boekhouder. Tevens hebben onze advocaten ervaring met het voeren van een klachtprocedure bij de Accountantskamer of het voeren van een procedure bij de civiele rechter.
Wij staan voor u klaar
- Tegen (financiële) dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant