Uitspraak: Privégedragingen van een advocaat kunnen onder het tuchtrecht vallen

Klager en verweerster zijn ex-echtgenoten. Tijdens het huwelijk heeft klager twee e-mailadressen ondergebracht onder het account van verweerster bij KPN. Op 10 december bleek dat klager niet meer kon inloggen bij KPN. Om weer te kunnen inloggen was volgens KPN medewerking van verweerster nodig. Verweerster weigert deze medewerking te verlenen. Op 14 en 17 december heeft een advocaat een mail gestuurd aan verweerster. Verweerster heeft hier – op briefpapier van haar kantoor – op gereageerd. Ze heeft hierin aangegeven niet mee te werken.

Verweerster heeft volgens klager tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door:

  1. zonder gegronde reden geen medewerking te verlenen om de problemen met het inloggen op te lossen;
  2. zich als advocaat gepresenteerd te hebben in correspondentie met klager en zijn advocaat en zich onnodig diffamerend en onprofessioneel heeft uitgelaten;
  3. in die correspondentie geen professionele distantie betracht te hebben.

Verweerster vindt dat de klacht niet thuishoort bij de deken. Haar handelen is volgens verweerster niet gerelateerd aan haar hoedanigheid van advocaat. Ze stelt daarnaast een goede reden te hebben gehad om haar medewerking niet te verlenen. Klager en verweerster zijn al acht jaar gescheiden en het verstrekken en verwerken van privégegevens wordt door de AVG beschermd. Het KPN-klantnummer afgeven zou volgens haar toegang geven tot haar werk- en privégegevens. Ten aanzien van het tweede klachtonderdeel stelt ze dat ze zich niet diffamerend uitgelaten heeft. Ze heeft enkel uiteengezet dat en waarom ze niet bereid was medewerking te verlenen.

De voorzitter stelt voorop dat artikelen 46 en verder van de Advocatenwet betrekking hebben op het handelen en nalaten van een advocaat. Het handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt levert tuchtrechtelijke aansprakelijkheid op. Dergelijk handelen of nalaten kan ook een privégedraging betreffen, indien het gaat om een gedraging die voor een advocaat in het licht van zijn beroepsuitoefening absoluut ongeoorloofd moet worden geacht en het vertrouwen in de advocatuur ondermijnt. De voorzitter vindt dat de gedragingen van verweerster onder het advocatentuchtrecht valt omdat zij met de advocaat van klager heeft gecorrespondeerd op briefpapier van haar advocatenkantoor.

Klachtonderdeel 1 is kennelijk ongegrond omdat het wel of niet meewerken van verweerster iets is dat verweerster als privépersoon aangaat.

Klachtonderdeel 2 is kennelijk ongegrond omdat de in het dossier aanwezige brieven niet als diffameren gezien worden door de voorzitter.

Ook klachtonderdeel 3 is kennelijk ongegrond. Verweerster heeft in haar correspondentie aan de advocaat van klager voldoende distantie betracht, zo stelt de voorzitter.

Verweerster heeft kortom niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld. De klacht is kennelijk ongegrond.

Zorgplicht Advocaten

Bent u ook benadeeld door een beroepsfout van uw advocaat of een andere (juridische) dienstverlener? Neem dan contact op met een van de advocaten van Zorgplicht Advocaten. Onze gespecialiseerde advocaten hebben jarenlange ervaring in procedures over (beroeps)aansprakelijkheid.

Jamiro van de Wiel

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Jamiro van de Wiel

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant